Leukemie bij volwassenen wordt gekenmerkt volgens het acute of chronische karakter ervan, en volgens het type van abnormale cellen dat erbij betrokken is. Dat onderscheid wordt gemaakt op basis van onderzoeken van het beenmerg en het bloed. Het is van groot belang voor de keuze van de behandeling.
Chronische leukemie begint zo geniepig dat de patiënt niets abnormaals opmerkt. In het begin voelt hij zich helemaal niet ziek. Het gebeurt dan ook vaak dat chronische leukemie per toeval wordt ontdekt. De overdreven woekering van bloedcellen in deze vorm van leukemie verloopt heel geleidelijk. Het is dan ook in een relatief laat stadium van de ziekte dat de patiënt futloosheid of gezwollen lymfeklieren of een opgezette milt opmerkt. Op dat moment is de ziekte waarschijnlijk al enkele jaren aan het woekeren.
Als de diagnose is gesteld, is het gezonde beenmerg vaak al gedeeltelijk overwoekerd door de abnormale witte bloedlichaampjes. Dit uit zich vooral in een lichte bloedarmoede door een gebrek aan rode bloedlichaampjes. Soms zien we ook een tekort aan bloedplaatjes en gezonde witte bloedlichaampjes.
De gemiddelde leeftijd van de patiënt verschilt naargelang het type van leukemie: