Een aantal chemische middelen kunnen toxisch kunnen zijn, en mogelijk kankerverwekkend. Sommige worden bij de productie, de verwerking en de bewaring van voeding en dranken gebruikt.
Deze zogeheten voedingsadditieven en contaminanten (bv. sporen van chemische producten, gebruikt in industriële landbouw en - productie) zijn gelukkig onderworpen aan internationale en nationale bewakingsprogramma’s en wetgeving die de voedselveiligheid moeten garanderen, door middel van studies en analyses die de gezondheidseffecten nagaan.
Daarbij wordt gebruik gemaakt van concentraties die ver boven die in voeding en dranken liggen. Op basis daarvan worden drempelwaarden gedefinieerd.
De wet bepaalt daarom grenshoeveelheden voor menselijke consumptie, waarbij toxiciteit en kankerverwekkendheid zijn uitgesloten of maximaal worden beperkt. Ook additieven moeten voldoen aan de kwaliteits- en veiligheidsnormen zoals die zijn vastgelegd in Europese richtlijnen en vervolgens zijn overgenomen in de wetgeving van de lidstaten.
Voor België, en Europa, legt de Europese Voedselveiligheidsautoriteit (EFSA) de grenswaarden vast. Controle op het respecteren van deze grenswaarden gebeurt in België door het Federaal Agentschap voor de Voedselveiligheid (FAVV).
Voedingsadditieven zijn Europees gereglementeerd, volgens een zogenoemde ‘strikt positieve lijst’: alleen de additieven in deze lijst zijn toegelaten, en dit telkens voor een specifiek voedingsmiddel en niet boven de vermelde maximumdosis. De boodschap is duidelijk: wat niet toegelaten is, is verboden.
De voedingsadditieven zijn per groep gerangschikt, naar gelang de functie die ze vervullen. Ze hebben een code die van kracht is in alle EU-landen. De code bestaat uit de letter E (voor Europa) en drie (of vier) cijfers. Op het etiket staat eerst de groepsnaam van het additief vermeld en daarna het E-nummer of de naam ervan. Bijvoorbeeld: ‘kleurstof E162’ of ‘kleurstof bietenrood’.
Additieven worden ook aan dierenvoeding toegevoegd. Hierbij gelden de zelfde basisprincipes qua gebruik en reglementering.
Heel actueel is het probleem van het tegelijkertijd consumeren van meerdere additieven. Veel consumenten kiezen vandaag voor bereide producten. Op die manier krijgen we op een dag heel wat additieven binnen, en de vraag is wat het effect is van al die additieven samen. Ook al blijven we voor ieder additief onder de dagelijkse norm … Of er een probleem is, en voor welke combinaties, wordt momenteel onderzocht bij het EFSA.
Wie zich zorgen maakt over het cumulatieve effect van additieven of ongevallen waarbij te veel additieven of contaminanten in de menselijke voeding zouden terecht komen, kan opteren voor producten met biolabel. Die bevatten geen chemische meststoffen of pesticiden. Het gebruik van synthetische additieven als kleur- zoet- en smaakstoffen is eveneens verboden, net zoals het gebruik van genetisch gemodificeerde organismen (GGO’s).
Producten met biolabel zijn omwille van hun prijs niet voor iedereen weggelegd. Toch zijn er andere, eenvoudige tips waarmee je je inname en cumulatie van contaminanten en additieven kan beperken:
Zorg voor variatie in je voeding. Volg bijvoorbeeld de seizoenen voor groenten en fruit.
Spoel groenten en fruit grondig. Dat vermindert de hoeveelheid pesticiden. Het verwijdert ze niet altijd volledig, want sommige zitten in het vruchtvlees.
Koop in verschillende winkels. Wissel bijvoorbeeld af van bakker (en van broodsoorten), beenhouwer (en van vleessoorten),…
Wissel merken af. Bijvoorbeeld je merken van kant- en klaarmaaltijden, snacks, …
Wissel af in viskeuze, en consumeer die 2 à 3 keer per week. Dat is voldoende voor de weldoende effecten ervan, terwijl de toxiciteit beperkt wordt van schadelijke stoffen in de vetfractie van vis, zoals kwik, dioxines en pcb’s.
Beperk de consumptie van zoetwatervis (barbeel, brasem, forel, karper, meerval, paling) tot 2 keer per maand (1 voor vrouwen die zwanger willen worden, zwanger zijn of borstvoeding geven, kinderen onder de 3 jaar, jonge meisjes en adolescenten). Dit omwille van hun hoge gehalte aan pcb’s (polychloorbifenyl, een klasse van kankerverwekkende chemische stoffen).