Kersverse mama’s die hun kindje (langere) tijd borstvoeding geven, lopen minder kans om borstkanker te krijgen in vergelijking met mama’s die dat niet doen. De vuistregel is: hoe langer, hoe beter.
En er zijn nog meer redenen om je baby borstvoeding te geven, als het lukt. Moedermelk bevat alles wat je kind nodig heeft om te groeien en beschermt het tijdens de eerste levensmaanden tegen allerlei kinderziekten. Bovendien loopt je kind later minder risico om bepaalde ziektes te krijgen Maar ook voor jou is het goed. De kans dat je diabetes of een hartziekte krijgt, vermindert bijvoorbeeld. Dat blijkt uit studies.
Dat de kans op borstkanker kleiner wordt als je borstvoeding geeft, staat vast, al weten we nog niet waarom dat zo is en hoe borstvoeding precies beschermt tegen borstkanker. Een van de redenen is alvast dat wie borstvoeding geeft minder blootgesteld wordt aan bepaalde hormonen die de ontwikkeling van borstkanker in de hand werken.
Gezondheidsprofessionals raden dan ook aan om minstens 6 tot 12 maanden na de geboorte borstvoeding te geven. Per jaar borstvoeding daalt het risico op borstkanker met ongeveer 4%. Een extra voordeel van langdurig borstvoeding geven? Je bent sneller weer op het gewicht van voor je zwangerschap en kan ook makkelijker op gewicht blijven.
Heb je al op jonge leeftijd borstvoeding gegeven? Dan loop je minder kans op overgewicht (een BMI van 25 of hoger) of obesitas (een BMI van 30 of hoger), twee risicofactoren om onder meer borstkanker te ontwikkelen.
Misschien kan of wil je geen borstvoeding geven, ook niet voor een korte periode. Voel je niet schuldig: het betekent uiteraard niet dat je later automatisch borstkanker zal krijgen. Borstvoeding geven vermindert dan wel het risico op borstkanker, maar ook andere gezonde gewoontes helpen, zoals geen alcohol drinken en niet roken.
Heb je meer vragen over borstvoeding? Stel ze aan je huisarts, je gynaecoloog of je kinderarts.
Dat zijn er heel wat! Om te beginnen bevat moedermelk alle voedingsstoffen (eiwitten, koolhydraten, vetten), vitaminen en mineralen die baby’s in de eerste zes maanden van hun leven nodig hebben. Ze beschermt ook tegen kinderziektes, zoals oorinfecties, diarree, astma en infecties van de onderste luchtwegen (de luchtpijp, de bronchiën of luchtpijpvertakkingen, en de longblaasjes of het longweefsel …).
Moedermelk vermindert ook het risico op sommige ziekten later in het leven, zoals diabetes en hypertensie (een hoge bloeddruk). Bovendien heeft ze een positieve invloed op de ontwikkeling van bepaalde vaardigheden : ze versterkt het geheugen en stimuleert het leerproces. Tot slot loopt je kind minder risico op overmatige gewichtstoename als het opgroeit.
De vuistregel is: hoe langer, hoe beter. Gezondheidsprofessionals raden aan om minstens na de geboorte borstvoeding te geven. Per 12 maanden borstvoeding daalt het risico op borstkanker met ongeveer 4%.
Misschien kan of wil je geen borstvoeding geven, ook niet voor een korte periode. Voel je niet schuldig: het betekent uiteraard niet dat je later automatisch borstkanker zal krijgen. Borstvoeding geven vermindert dan wel het risico op borstkanker, maar ook andere gezonde gewoontes helpen, zoals geen alcohol drinken en niet roken.
