Lexicon: Baarmoederhals

Onderste en smalste gedeelte van de uterus (of de baarmoeder) dat uitgeeft op de schede (of de vagina, het geboortekanaal).
Via de baarmoederhals loopt het sperma van de schede (of de vagina) naar de uterus (of de baarmoeder). Tijdens de menstruatie zet (dilateert) de baarmoederhals een beetje uit zodat het endometrium (of het baarmoederslijmvlies, de bekleding van de uterus (of de baarmoeder)) naar de schede (of de vagina) kan afdalen. De baarmoederhals dilateert meer tijdens een bevalling zodat de baby van de uterus (of de baarmoeder) naar de schede (of de vagina) kan gaan.
Het bijvoeglijke naamwoord cervicaal duidt op alles wat betrekking heeft op de baarmoederhals, een cervicale tumor bijvoorbeeld.

Kies een letter
5 A B C D E F G H I J K L M N O P Q R S T U V W Y Z