Ik heb kanker gehad, nu eet ik best geen vlees meer
ONWAAR
Vlees vormt een belangrijke bron van eiwitten (en ook ijzer en B-vitamines), en kan deel uitmaken van een gezond voedingspatroon na kanker. Door kanker en de behandeling verloor je mogelijk gewicht, en daarmee ook spiermassa. Het is dan belangrijk om, naast voldoende te bewegen, ook voldoende eiwitten op te nemen. Zo bouw je terug spiermassa op.
Het is wel verstandig de inname van rood vlees en bereid vlees (waaronder charcuterie) te beperken.
Tot rood vlees hoort alle vlees (rund, varken, lam, wild, …) behalve gevogelte (kip, kalkoen, ...). Rood vlees, bereid vlees en charcuterie kunnen het risico op kankers van dikkedarm en endeldarm verhogen. Charcuterie verhoogt bovendien mogelijk het risico op een bepaalde vorm van maagkanker.
Vaak wordt vooral over rood vlees gesproken als boosdoener. Toch is het vooral bereid vlees (bereid gehakt, worsten, charcuterie, gerookt vlees…) dat af te raden is. Bereid vlees kan worden gemaakt van rood vlees maar ook van gevogelteHet bevat kankerverwekkende stoffen, zoals nitrieten, die tijdens de fabricatie worden toegevoegd.
Ook de bereidingswijze speelt een rol. Roken, maar ook bereidingen aan temperaturen boven de 200° (bakken, wokken, bbq,…) leiden tot de vorming van kankerverwekkende stoffen. Die worden overigens ook gevormd bij bereiding van vis en gevogelte…
Onze tips
- Beperk de consumptie van rood vlees (rund, varken, schaap), bereide vlees en vleeswaren (salami, worst, paté,...) tot maximum 500 g per week.
- Voeg zelf kruiden en specerijen (maar niet teveel zout!) toe bij de bereiding van vlees, en serveer met veel groenten.
- Kies zeker 3 keer per week voor gevogelte, vis of vegetarische alternatieven als tofoe, tempeh, seitan en quorn.
